Druk het spel af op verschillende kleuren papier. Elk team heeft 1 kleur.
Alle spelers krijgen een kaart. De overige kaarten worden bij de spelleider bewaard. De leerlingen lopen door elkaar en wanneer ze iemand van een ander team tegenkomen moeten ze deze speler tikken en zeggen ze de uitkomst van hun bewerking.
Diegene met de hoogste uitkomst wint en krijgt het kaartje van de andere leerling. Hij/zij neemt het kaartje mee naar het kamp en legt het daar neer. Daarna gaat die opnieuw op zoek naar een speler van een ander team.
De speler die zijn/ haar kaartje verloren heeft aan een andere speler gaat naar de spelleider om daar een nieuwe kaart te halen.
Het spel stopt wanneer de kaarten van 1 team allemaal op zijn. Elk team telt het aantal kaartjes dat die van een ander team heeft kunnen winnen. Het team met de meeste kaartjes in een andere kleur, wint.
(Als 2 spelers dezelfde uitkomst hebben, doen ze "schaar, steen, papier" om te bepalen wie het kaartje wint).